Arsacal
button
button
button
button


Kom in gesprek... in Hoogkarspel

Jezus en de Samaritaanse vrouw

Overweging Preek - gepubliceerd: zondag, 19 maart 2017 - 870 woorden
Kinderkoor de kerkreigers
Kinderkoor de kerkreigers
vlnr diaken Jules Post, mgr. Jan hendriks, burgemeester Michiel Pijl
vlnr diaken Jules Post, mgr. Jan hendriks, burgemeester Michiel Pijl (foto: Koos Dol/de Streker)

Zondag 19 maart was ik in Hoog­karspel voor een bezoek aan de pa­ro­chie en de vie­ring van de Eucha­ris­tie. Het was een fees­te­lij­ke vie­ring met twee van de zeven (!) koren van de pa­ro­chie: het Gemengd koor en het pas opgerichte kin­der­koor de Kerkrei­gers. Burge­mees­ter Michiel Pijl van de ge­meen­te Drechterland woonde de H. Mis bij, evenals zijn voor­gan­ger Rob van der Riet, die actief vrij­wil­li­ger is in de pa­ro­chie.

Tijdens de goedbe­zochte vie­ring was er een kin­der­woord­dienst en na afloop was er gelegen­heid de pa­ro­chi­anen tij­dens de koffie te ont­moe­ten en met velen van hen een praatje te maken. De sfeer was bui­ten­ge­woon harte­lijk en het was leuk om te merken dat de mensen van de H. Lau­ren­tius­kerk echt hun best had­den gedaan om er een fees­te­lij­ke vie­ring van te maken.

Homilie

Signaaltjes

We weten denk ik allemaal wel
dat pesten op school vaak een probleem is,
maar kin­de­ren die wor­den gepest,
schamen zich daar soms voor
en durven er niet over te praten.
Dat is jammer.
Toch geven ze soms kleine sig­naaltjes af
en het is van belang dat die wor­den opgepikt.
Het is be­lang­rijk dat we
daar een goed klimaat voor scheppen,
een klimaat van open­heid en ver­trouwen.

Daartoe moeten we het sig­naal afgeven:
“Jij mag er zijn, ik heb je lief en ik waar­deer je”;
dat is precies wat Jezus doet
als Hij een Samari­taanse vrouw bij de put ontmoet.

De put en de eettafel

Wat Jezus hier doet op het heetst van de dag,
als Hij rus­tig gaat zitten bij die water­put
en uit­ge­breid in gesprek gaat,
is eigen­lijk niet veel anders
dan wat we thuis doen of deden in het gezin,
vooral toen de kin­de­ren klein waren.
Het is een paar keer per dag spitsuur in het gezin:
's morgens als de kin­de­ren de deur uit moeten
om naar school te gaan;
en 's avonds mis­schien nog een keer,
zeker voor de kleintjes:
wassen, bid­den,
mis­schien nog een verhaaltje of een spelletje
en naar bed toe,
voor de gro­te­ren zijn er clubs, sport, huis­werk, enzo­voorts,
het vraagt allemaal aan­dacht en be­ge­lei­ding.
Kin­de­ren hebben soms de agenda van een CEO!

En daar tussendoor zijn er een paar momenten
dat U hope­lijk samen kunt zijn
met tijd voor elkaar:
hier nemen de maaltij­den
vaak een be­lang­rijke plaats in.

Tijd om sociaal te zijn

Dan kan ieder elkaar ont­moe­ten en met elkaar praten.
In veel ge­zin­nen is dat toch wel
hét moment,
vaak ook met de regel
dat de kin­de­ren tij­dens het eten
hun mobieltje of iPad weg moeten leggen.
Dat ouders met hun kin­de­ren
erva­ringen, verhalen, vragen kunnen delen,
wat er lekker gaat en wat niet,
is eigen­lijk best wel be­lang­rijk.
Er moet ruimte zijn om te praten,
zon­der angst of tijdsdruk.
Want: wor­den we mensen
die allemaal naar hun eigen scherm­pje zitten te turen
of staat het sociale voorop?
Het is vaak een strijd,
maar wel heel be­lang­rijk
om die strijd voor dat sociale te voeren!.

Elkaar

Vreugde en verdriet delen met elkaar,
geven om elkaar, reke­ning hou­den met elkaar,
het is be­lang­rijk, ja wezen­lijk voor ons allemaal.

Onze samen­le­ving is indi­vi­dua­lis­tisch gewor­den;
veel mensen zijn daardoor een­zaam,
ont­van­gen weinig liefde en aan­dacht.
Veel mensen leven langs elkaar heen.
Maar we hebben elkaar nodig!

Geloven is ge­meen­schap

Dat is ook zo in het geloof.
Er moet ruimte en tijd zijn
voor ons contact met God,
tijd nemen om met Hem te praten.
En bij geloven hoort ook
dat we het samen doen met andere mensen,
in een ge­meen­schap, in een kerk,
niet in ons eentje, het is iets sociaals;
geloven is juist:
je openen, je niet afsluiten,
open naar anderen
en naar Onze Lieve Heer.

Een gewone vraag

Het gesprek van Jezus met de Samari­taanse vrouw
in het evan­ge­lie van vandaag,
begint over het putten van water,
een heel gewoon en dage­lijks gebeuren in die tijd.
Jezus vraagt:
“Mag ik wat drinken?”
Het is een vraag van alle tij­den.
En die simpele vraag
wordt het begin van een diep­gaand gesprek
over levend water en gees­te­lij­ke dorst,
een gesprek waarin die vrouw
echt zich­zelf kan zijn.
Jezus dringt zich niet op,
Hij begint die vrouw geen lesjes te leren,

Zij mag er zijn

Het is zeker een kunst van Jezus
om door zo'n simpele vraag
tot zo’n mooi gesprek te komen
dat die vrouw nooit meer vergeten zal.
Dat is een kunst,
die ook wij door het te proberen
kunnen leren.
Wie zijn mond houdt,
zal het nooit leren.
Zo wordt het gesprek van Jezus met die vrouw
iets waarin zij zich­zelf kan zijn
en tege­lijk iets mee kan klinken
van levens­wijs­heid en geloof,
van liefde en ver­trouwen.
Er staat daar gewoon een put in het dorp,
die put, een heel gewoon iets,
wordt een vertrek­punt
om iets moois met elkaar te delen.

Water

Het gesprek van Jezus met die vrouw gaat over water.
Wij weten hoe be­lang­rijk water is.
Zonder water is er geen leven.
Jezus gebruikt het water als beeld en symbool
voor wat Hij de mensen komt geven:
Zijn leven, Zijn liefde
en eeuwig leven.
Als die in ons zijn,
zullen die zijn als een water­bron,
die steeds opnieuw opborrelt
en ons nieuw leven geeft.

De woor­den van Jezus
wijzen ook naar ons doopsel,
waardoor we deel hebben gekregen
aan het leven van Jezus
en broe­ders en zusters van elkaar zijn gewor­den,
ge­roe­pen om elkaar leven en liefde te geven.

Terug