Arsacal
button
button
button
button


Het ziekentriduum in Heiloo bestaat 90 jaar

Bert Glorie aangesteld tot acoliet

Overweging Preek - gepubliceerd: dinsdag, 2 juli 2019 - 1151 woorden
Koffie in het Oesdom
Koffie in het Oesdom
De intochtsprocessie met voorop Bert Glorie
De intochtsprocessie met voorop Bert Glorie
Het ziekentriduum in Heiloo bestaat 90 jaar

Dins­dag 2 juli was ik in Heiloo voor het ziekentriduüm dat daar ieder jaar wordt gehou­den voor het oude dekenaat Alkmaar: Alkmaar, Bergen, Schoorl, Lange­dijk, Heiloo, de Egmon­den... en er waren ook enkele mensen uit Obdam. Tijdens de fees­te­lij­ke Mis werd Bert Glorie, pas­to­raal werker in de pa­ro­chies van De Water­kant aan­ge­steld tot acoliet ter voor­be­rei­ding op de heilige wij­dingen.

Het was weer een mooi feest in Heiloo waar vele vrij­wil­li­gers zich voor inzetten. Alles is tot in de puntjes gere­geld, want vele vrijwillli­gers hebben ja­ren­lan­ge erva­ring. Pastoor Herman Helsloot van de pa­ro­chie Levend Water (Heiloo, Egmon­den, Akersloot) en Limmen is de moderator van het triduüm.

Enkele se­mi­na­risten dien­den de Mis en begeleid­den Bert Glorie. Pastoor Bruno Sesito, pastoor Nico Knol, kape­laan Alvaro Rodriguez Luque en rector Jeroen de Wit con­ce­le­breer­den naast pastoor Helsloot, diaken Paul Bindels assis­teerde.

Bert Glorie volgt een eigen traject van studie, vor­ming en gees­te­lij­ke lei­ding en bereidt zich voor op de diaken- en pries­ter­wij­ding. De aan­stel­ling tot acoliet is de laatste grote stap voor de diaken­wij­ding. Vlak voor de diaken­wij­ding legt de kan­di­daat nog de ge­loofs­be­lij­de­nis en eed van trouw af. We vieren Bert heel harte­lijk met deze nieuwe stap!

Na afloop van de Mis had ik gelegen­heid vele zieken en hun bege­lei­ders te ont­moe­ten in de kapel en in het Oesdom.

Daarna ben ik door­ge­gaan naar Heer­hu­go­waard de Noord voor een gezellige ont­moe­ting met pastoor Ignas Tilma en leden van de Pa­ro­chieraad en kerk bestuur van de pa­ro­chies van 't Kruis, Tui­tjen­horn, 'T Veld, Waarland, Nieuwe Niedorp en De Noord.

 

Homilie

Geen twin­tig meer...

Wij merken allemaal
de breek­baar­heid van het men­se­lijk bestaan.
Wie ouder wordt
en als het lichaam niet meer zo mee­werkt,
als het geheugen en de geest
ons een beetje in de steek laten,
dan ervaren we heel dui­de­lijk
dat het leven hier op aarde ein­dig is,
dat we geen twin­tig meer zijn
en dat wij niet de superhel­den zijn,
die in reclame, op de tele­vi­sie in andere media
wor­den getoond.

Niet zeuren

De reclame laat ons allemaal mensen zien
met stralende tan­den,
een perfect figuur,
succes­vol en zon­der finan­ciële problemen.

En het is zo:
als alles goed gaat,
je hebt geld en succes,
je bent gezond met een leuke relatie,
dan lijkt soms het enige probleem
dat ie­der­een jou lekker je gang moet laten gaan,
dat andere mensen niet moei­lijk moeten doen,
niet zeuren...; gaan...

Maar eer­lijk gezegd:
zo is het leven niet.

Huis­be­zoek

Toen ik pries­ter werd gewijd
was ik 24 jaar oud,
een jong broekie.
Het jaar ervoor deed ik een pas­to­raal jaar
in een pa­ro­chie in Leiden.
In die eerste jaren
heb ik heel veel huis­be­zoek gedaan,
hon­der­den mensen
thuis bezocht.
Wat het meeste indruk op mij maakte,
waren de verhalen die ik te horen kreeg,
de levensge­schie­de­nissen van de mensen
die me voor het eerst van mijn leven
inzicht gaven
in wat mensen allemaal meemaken,
hoe het echte plaatje eruit ziet.
Ik mocht delen in verdriet van mensen,
in hun vragen en pijn
en zeker ook in hun vreugde.

Levens­er­va­ring

Het was voor mij een heel leerzame tijd,
waar ik nog altijd dank­baar voor ben.
Heel veel, vaak zieke en oudere mensen
hebben me toen geleerd
wat het leven eigen­lijk is,
wat er op je weg kan komen
en zo begon ik als jong ventje
iets meer van het échte leven te kennen,
niet de wereld van de verwende, rijke,
mooie, stralende, succes­volle jonge mensen,
die ons alleen
een valse voor­stel­ling van het leven geven.

Nog steeds moet ik regel­ma­tig terug­denken
aan wat zieken, oudere mensen,
mensen met erva­ring
me hebben ver­teld en doorge­ge­ven.

Ja, eigen­lijk zou­den alle jonge mensen
de verhalen moeten kunnen horen
die u zou kunnen ver­tellen
over wat het echte leven is
met de vreugde en het verdriet,
met de strijd, de successen en de misluk­kingen,
de ver­wach­tingen en de tegen­val­lers
en de mensenkennis die we gaandeweg
hebben opgedaan,
wat we “levens­wijs­heid”
en “levens­er­va­ring” noemen.

Mijnheer De Boer

Een zuster in het ver­zor­gingshuis
liep even bij mijnheer De Boer naar binnen.
Daar zag ze hem zitten
temid­den van allemaal chique cadeaus.
Op ver­schil­lende pakjes zaten nog
de labels van dure merken.
Alles was nog on-uitgepakt.
Mijnheer De Boer zat daar mid­den in,
hij zat sip en verdrie­tig tussen de pakjes te kijken.
“Van wie hebt U al die pakjes gekregen”, vroeg de zuster
“En waarom kijkt U dan niet blij?”
“Het is van mijn dochter”, zei de man,
“Ze heeft me die pakjes per post gestuurd,
maar er zit geen liefde in.
Liever een klein beetje liefde,
die pakjes mag ze dan wel hou­den...”.

Liefde

Wat is be­lang­rijk in het leven?
En wat is het dan een grote schat
als je je geloof hebt en ver­trouwen,
ver­trouwen in de liefde van God.
De liefde van mensen
en de liefde van God:
die liefde is de grootste schat.
Als die er is, is er altijd meer dan het gewone...

Arm van geest

In het evan­ge­lie dat we zojuist hebben gehoord
neemt Jezus zijn leer­lin­gen mee,
een berg op, dat wil zeggen:
even weg van de wereld en van de mensen
die zoveel ver­wach­tingen had­den van Jezus,
die Hem tot koning wil­den uitroepen
en die Hem aanba­den als won­der­doe­ner en profeet.

Daar, boven op die berg, begint Jezus te praten
met de woor­den van dit evan­ge­lie,
 bekend als de “zalig­spre­kingen”.
Wie prijst Jezus zalig, wie wor­den door Hem gelukkig genoemd?
Nee, niet die mensen die gelukkig zijn
volgens de normen van de wereld,
volgens de wetten van succes, van heersen en voorspoed.
Gelukkig zijn we volgens Hem
als we arm van geest, een­vou­dig zijn,
als we zacht­moe­dig zijn en dus kunnen verdragen,
als we erop gericht zijn
het goede te doen,
barm­har­tig te zijn, vrede te stichten.
Kortom: als we een goed mens proberen te zijn
en proberen tevre­den en dank­baar te leven,
dan zullen we gelukkig zijn.

Prinses op de erwt

Heel bekend is het verhaal van de prinses op de erwt.
De clou van dat verhaal was
dat zij zo verschrikke­lijk verwend was;
zij had altijd
op de zachtste en fijnste bed­den geslapen
en kon daarom niets meer verdragen:
die ene kleine erwt onder haar dikke matras
hield haar al uit de slaap!

Maar dragen...

Dus niet de vraag of we alles hebben
wat ons hartje begeert,
wijst ons de weg naar een gelukkig leven,
maar de vraag of we toch blij en tevre­den kunnen zijn
als er iets aan man­keert,
als we de kracht krijgen
om aan te nemen wat op onze weg komt.
Als we ons leven kunnen aan­vaar­den
uit Gods hand.

Niet ge­mak­ke­lijk...

Als het eens tegenzat en ik mopperde,
zei mijn oma vroe­ger
- u kent het mis­schien wel -:
“Niet klagen maar dragen
en vragen om kracht”.

Meer dan het gewone...

Laten we vandaag
bij dit mooie jubileum van het ziekentriduüm vragen
dat we posi­tief mogen kunnen leven,
met tevre­den­heid en dank­baar­heid,
ook als het allemaal niet zo mak­ke­lijk is.
Dat we mogen leven met de kracht van ver­trouwen.
Dan is er meer dan het gewone...

Terug