Arsacal
button
button
button
button


Is het glas half leeg of toch half vol?

14e zondag door het jaar A in de kathedraal

Overweging Preek - gepubliceerd: zondag, 5 juli 2020 - 1008 woorden
doorzicht in de kathedraal
doorzicht in de kathedraal
de cathedra nog zonder wapen en spreuk
de cathedra nog zonder wapen en spreuk

Hoe ga je om met verdriet en tegen­slag? Is het allemaal donker of kun je ook de ze­ge­ningen zien? Is het glas half leeg of toch half vol? Jezus zegt vandaag: Kom maar bij Mij.

Deze zon­dag was ik in de ka­the­draal; de vie­ring is nog te zien op ka­the­draal TV.

Voor het eerst waren er weer veel meer mensen in de ka­the­draal: er is plaats voor zo'n 120 gelo­vi­gen, daarom is reserveren via RKHaar­lem.nl nog wel nodig. Maar aan het aantal mensen dat de Mis live via ka­the­draal TV hebben gevolgd kunnen we wel zien dat nu meer mensen weer gewoon naar de kerk kunnen en gelukkig ook weer gaan! Want het is toch het mooiste om de Heer "live" te ont­moe­ten en ont­van­gen!

 

Homilie

Veel te dragen...?

Ik wil absoluut niet ontkennen
dat som­mi­ge mensen
het veel moei­lijker hebben in hun leven
dan andere.
Dat is gewoon zo:
er zijn heel goede, vrome, zelfs heilige mensen
die erg veel te verdragen krijgen,
kijk bij­voor­beeld de levens van de heiligen maar na!
De één werd gemar­teld, een tweede belasterd,
een derde leed onder zware tegen­wer­king,
een vierde was lang erns­tig ziek.
Zo zijn de levens van de heiligen,
dus het zal voor ons niet per se beter zijn.

Maar de andere kant van dit verhaal
is hoe we hier mee om proberen te gaan.

Niet ge­mak­ke­lijk

Ik wil hiermee zeker niet zeggen
dat ik daar zelf voor­beel­dig in zou zijn
als mij iets ergs over­komt,
want het is niet ge­mak­ke­lijk
om zware en moei­lijke gebeur­te­nissen,
verdriet en pijn
goed op te nemen,
maar ik heb in mijn leven
wel allerlei voor­beel­den mogen zien
van mensen die heel goed
met lij­den en tegen­slag zijn omge­gaan.

Annie

Als jong mis­die­naartje
kwam ik dage­lijks bij Annie Olst­hoorn
samen met de pater die haar de communie bracht;
zij was een vrouw die gelei­de­lijk
van top tot teen verlamd raakte;
zij kon toen ik bij haar kwam
alleen haar hoofd nog bewegen
en met spiegels die gemon­teerd waren
een beetje naar buiten kijken,
maar zij was altijd opgewekt.

Gees­te­lij­ke moed

En ik kwam als jongen
bij de familie van Eeden
waar alle mannen
kort na hun veer­tigste stierven,
de moe­der en een zus bleven over
en die hebben dat vre­se­lijke
met een grote gees­te­lij­ke kracht gedragen.
Zo zou ik door kunnen gaan:
een hele serie van mensen
die met moed of zelfs met vreugde
een moei­lijk lot hebben gedragen;
maar ik heb ook andere mensen gekend
die zo door hun noodlot waren getekend,
dat er niets anders meer was dan dat,
geen uit­zicht, geen hoop, alleen maar ellende.
Dan wordt het echt zwaar.

Liduina

We kennen in Neder­land de heilige Liduina:
deze Schie­damse viel als tiener
tij­dens het schaatsen op het ijs
en dat werd het begin van een vre­se­lijke lij­densweg
die nooit meer zou stoppen.
Eerst was ze opstan­dig, heel opstan­dig,
be­grij­pe­lijk na­tuur­lijk,
maar gelei­de­lijk ging zij aan­vaar­den,
kwam zij tot overgave
en werd dit voor haar een gees­te­lij­ke weg
in een mys­tieke ver­bon­den­heid met Jezus;
het was onbe­grij­pe­lijk voor som­mi­ge andere mensen,
maar voor haar wer­den lij­den en ziekte
zelfs een bron van vreugde
door die gees­te­lij­ke weg
van vereni­ging met de Heer.

Wat zien we?

Na­tuur­lijk gaat dat niet van­zelf
en van­zelf­spre­kend is het al helemaal niet
en het zal niet ie­der­een gegeven zijn
om dat zo na te volgen.
Maar iets zit er wel in
wat ons allen raakt,
want we krijgen allemaal
met tegen­val­lers te maken,
met moei­lijke dingen en met verdriet.
Het helpt vaak al veel
als je er met iemand over kunt praten
en als je kunt bid­den, een kaars opsteekt;
en dat helpt vaak al ten goede
bij het ant­woord geven op de vraag:
hoe kijk je naar je leven,
hoe ervaar je de dingen;
het maakt veel uit hoe we kijken:
is het glas half leeg
of is het half vol?
Zien we meer wat er ontbreekt
of vooral wat we hebben gekregen?
Zien we vooral de kruisen
of zien we de ze­ge­ningen?
Ik zeg U: ons glas is feite­lijk meer dan half vol!

Jubel en juich

Dat is tenminste wat de lezingen van deze zon­dag aan­ge­ven:
“Jubel luid..., juich...”,
was de opdracht van de eerste lezing.
Waarom dat gejubel en gejuich?
Er komt een koning - staat er dan - gezeten op een ezel,
recht­vaar­dig en dee­moe­dig, een­vou­dig,
die vrede af zal kon­digen.
Die koning is de Messias, de gezalfde van God.
Inder­daad is Jezus
op een ezeltje de stad Jeru­za­lem binnen­gere­den.
Maar zagen de mensen dan inder­daad
dat Hij het was, die gezalfde van God?
Of zagen ze gewoon een man op een ezeltje
die ze een paar dagen later
al weer helemaal zat waren?
Want we weten
hoe het daarna met Jezus is afgelopen.
Of waren ze mis­schien gewoon
hun geloof en ver­trouwen al weer verloren?

Ver­wach­ting

De blij­heid, de vreugde, het gejubel
is er dus niet door wat mensen meemaken
maar om wat ze ver­wach­ten,
om wat er van God zal komen,
wat Hij zal geven:
of je die dee­moe­dige koning verwacht
die je vrede komt brengen.

Geborgen­heid

Maar hoe kun je die vreugde ervaren,
hoe kun je die ver­wach­ting beleven?
“Ik prijs U, Vader,
Gij hebt deze dingen verborgen gehou­den
voor wijzen en ver­stan­digen,
maar ze geopen­baard aan kin­de­ren”.
Je kunt de vreugde maar beleven,
die blij­heid maar beleven
als je het hart hebt van een kind,
als je niet denkt dat je het zelf allemaal wel weet,
als je je realiseert
dat je Iemand nodig hebt
en als je ver­trouwt en leeft
vanuit een bele­ving van geborgen­heid.
Want waarom is dat glas
toch zeker half vol?
We zijn geborgen in de liefde
van een hemelse Vader,
die ons een toe­komst geeft;
wij hoeven en kunnen het waarom
niet altijd weten;
er is veel wat er gebeurt
en wat we niet begrijpen kunnen,
maar we kunnen rust vin­den en ver­lich­ting
als we met die pijn en die nood
naar Jezus gaan, naar God,
als we de basis van ver­trouwen bewaren
en ook de ze­ge­ningen zien
die ons iedere dag weer over­ko­men.

Tel ze..

Tel met het hart van een kind
de mooie dingen, de cadeautjes,
die ze­ge­ningen,
tel ze één voor één.
Het re­sul­taat zal zijn: ver­trouwen
en het hart van een kind,
zacht­moe­dig en nederig
als Zijn hart.
Daar zullen we rust vin­den
en nieuwe kracht.

Terug