Arsacal
button
button
button
button


Je verzoenen met je levensgeschiedenis...

Panama, Vrijdag 25 januari - “Mij geschiede Naar uw woord”

Overweging Bezinning - gepubliceerd: vrijdag, 25 januari 2019 - 1798 woorden
Foto van de eerste catechese
Foto van de eerste catechese (foto: Ramon Mangold)

Vrij­dag 25 januari was de derde dag van de catecheses, maar nu met een kortere inlei­dende catechese en meer tijd voor per­soon­lijke re­flec­tie en het ont­van­gen van het boete­sa­cra­ment. Die korte catechese heb ik ver­zorgd en de tekst ervan is hier­on­der na te lezen. ’s Middags was de kruis­weg op het Campo Santa Maria la Antigua in Panama stad.

De dag ervoor had­den jon­ge­ren gevoetbald tegen de jon­ge­ren van de pa­ro­chie en ... gewonnen! Wij - dat wil zeggen: mgr. Everard de Jong, deken René Wilmink en ik - wer­den vrij­dag­morgen weer op­ge­haald door de per­ma­nent diaken van de pa­ro­chie, die deze week heel wat kilo­me­ters voor ons heeft gere­den. Samen met enkele anderen heeft hij de prach­tige grote zilveren rozen­krans voor de paus gemaakt. Bij de pa­ro­chie kwam Nieuwsuur filmen en dat wordt - zo begreep ik - volgende week uitgezon­den in een item over de katho­lie­ke kerk.

Na het ochtend­pro­gramma ver­trok­ken de jon­ge­ren naar de stad voor de kruis­weg, om Trinity te horen - een Neder­landse band die voor de WJD is uit­ge­no­digd - of op een van de zeven plekken in de stad te gaan waar het Youth festival plaats vindt. Op weg naar de kruis­weg zag ik dat het leger ook participeerde in de WJD- vreugde, Bij een podium vlakbij het terrein waar de kruis­weg was, gaf zij een muziek uit­voe­ring met de mili­tai­re band en met tra­di­tio­nele Panamese dansen erbij.

Het valt trouwens op hoe pret­tig leger en politie mee­werken aan dit eve­ne­ment. “Color y calor”, zo omschreef de paus Panama en het Panamese volk gis­te­ren: kleurig en warm. Op een van de vele grote schermen zag ik hoe de paus de kruis­weg begon met de vredewens, nu extra actueel nu de H. Stoel naar aan­lei­ding van de gebeur­te­nissen in Venezuela heeft opge­roe­pen om ver­der lij­den voor het volk daar te voor­ko­men.

3 e catechese - vrij­dag 25 januari

“Mij geschiede naar Uw woord”

Terug­blik­ken...

Af en toe is het niet ver­keerd om even om te kijken...

Deze dag is bij­zon­der bedoeld om terug te blikken op je erva­ringen in de aanloop naar deze wereld­jon­ge­ren­da­gen, op de weeken­den in Neder­land in Den Haag en Bruinisse, de tijd in Soná en elders in dit mooie land en de dagen hier van de Wereld­jon­ge­ren­da­gen: de eerste ont­moe­ting met paus Fran­cis­cus, de catecheses, de momenten van stilte en gebed. Wat heeft dit met je gedaan? En om vooruit te kijken: hoe ga ik ver­der en wat is mijn plaats in de kerk en in de wereld? Er zal straks ruimte en tijd zijn om daarover ver­der te praten.

Dat is per­soon­lijk

Wat heeft jou geraakt? Wat heeft het met je gedaan?

Dat is voor ie­der­een anders, maar je kunt er gif op in nemen - niet doen! Ik moet er wel gelijk even een disclaimer bij voegen - je kunt er zeker van zijn, dat het ant­woord op die vraag ook iets met jezelf, met jouw eigen levensge­schie­de­nis te maken heeft. En je kunt er zeker van zijn dat het ant­woord te maken heeft met anderen - je mede­mensen, je naasten - en met God.

Een meisje liep langs een jonge vrouw die op straat - vies en vuil - zat te bedelen. Ie­der­een liep aan haar voorbij. Dat raakte dat meisje. Ze had zelf vroe­ger ervaren wat het is om aan de kant te staan, geen aan­dacht en liefde te krijgen. Wat het met haar deed, had dus te maken met die arme vrouw met wie zij medelij­den voelde en met haar eigen ge­schie­de­nis. God is ook hier in aan het werk.

Geraakt wor­den...

Je kunt posi­tief geraakt wor­den wanneer je de aanwe­zig­heid en de goed­heid van God ervaart. Je kunt zomaar ineens helemaal warm wor­den van binnen omdat Gods liefde voor jou een reali­teit is gewor­den. Je kunt zo ook posi­tief geraakt wor­den door iemand anders, doordat je liefde voor die ander voelt of medelij­den, compassie, ver­bon­den­heid of noem maar op...

Ik zag bij­voor­beeld ooit iets gebeuren met een jongen die zelf door zijn moe­der was afgestaan en in een weeshuis was opgegroeid, toen die een weeshuis in Palestina bezocht. Je kon merken dat hem dat raakte, al zei hij er niks over. Hij had een dui­de­lijke eigen erva­ring van wat die kin­de­ren mee­maak­ten, hij wist wat het was...

Droef gemoed

Een ander voelde zich eigen­lijk altijd niet-ge­waar­deerd, niet erkend, niet-geliefd. Hij was vaak boos en rea­geerde dan ook zo, omdat er in hem nog een woede zat, een diepe woede, die met vroe­ger te maken had... Anderen die zich ook niet ge­waar­deerd voelen, kruipen dan juist in een hoekje en durven niets te zeggen. Antoine Bodar ver­telt in één van zijn boeken (‘Droef gemoed’) en onlangs nog in een inter­view dat hij depressief was gewor­den doordat hij als kind be­oor­deeld werd als iemand die nergens goed voor was, dat hij werd weg­ge­stuurd van school en dat zijn dromen waren gestrand. Dat doet wat met je. Hij heeft later vijf studies afgerond! Mis­schien een beetje overcompen­sa­tie.

Per­fec­tio­nisten

Dan heb je nog mensen die altijd moeten pres­te­ren, die per­fec­tio­nisten zijn en denken dat ze re­sul­taat moeten hebben geboekt om goed gevon­den en bemind te kunnen wor­den.
Weer een ander kan niet tegen autori­teit en gezag; dat is een persoon die zich niet laat com­man­de­ren, die wordt opstan­dig en krijgt problemen als iemand gezag gaat uit­oefe­nen. Die ervaart elke gezagsuit­oefe­ning als autoritair.

En zo hebben we allemaal wel iets mee­ge­maakt, dat ons heeft gevormd - mis­schien niet altijd even leuk - en dat werkt in ons, soms zon­der dat we het herkennen, soms zijn we gaan begrijpen...

Zo maken we allemaal dingen mee, die we op een bepaalde manier ervaren, door de persoon die we zijn en door de ge­schie­de­nis van ons leven.

Ook de zonde vormt ons...

En ver­der is het ook zo dat de zonde ons vormt: als we ons vastbijten in iets wat ver­keerd is, niet goed, wat we ergens aanvoelen, maar we hou­den eraan vast, dan komt er een soort kramp in ons leven waardoor we de open­heid voor God verliezen. Dat kan zover gaan dat God ons dan eigen­lijk niet goed meer kan bereiken.

Je bent op reis, kijk eens om en ga ver­der...

Zo zou ik een hele­boel voor­beel­den kunnen geven: we hebben allemaal erva­ringen opgedaan, leuke en min­der leuke, en die hebben ons gevormd. Zeker van de negatieve erva­ringen die je hebt mee­ge­maakt, zou het mooi zijn als je ze met Gods hulp onder ogen mag kunnen zien en mag gaan ont­dek­ken hoe ze een gif­tige uit­wer­king in je leven kunnen hebben. Het zou mooi zijn als je iemand had met wie je erover kunt praten en erop kunt reflec­te­ren. Dat is een weg naar gene­zing, naar inner­lijke vrij­heid.

Je bent op reis, maar heel je leven is een reis. Goed om af en toe ook even om te zien en terug te blikken. Wat ging er goed, wat ging er fout, waar heb ik me pijn gedaan, wat heb ik geleerd aan le­vens­les­sen, wat werkt nog door? Hoe ga ik ver­der?

Verzoenen

Als je kunt is het heel mooi om in deze dagen stappen te zetten om jezelf te verzoenen met je eigen levensge­schie­de­nis, met je ouders, met anderen die je hebben geraakt. Be­lang­rijk om je dan bij iedere pijn die je voelt om wat mensen je hebben aan­ge­daan, te rea­li­se­ren dat jij een kind van God bent, door Hem liefgehad, goed gevon­den en bemind, niet om wat je hebt gedaan, niet om je pres­ta­ties, maar gewoon om wie je bent. Jij bent een mooi mens!

Biechten

Als je gaat biechten mag je gerust bre­der gaan dan dat je kaal en koud alleen je zon­den zegt (hoeft niet, maar dat mag). Elke zonde die je doet staat in een set­ting, die komt ergens uit voort en brengt je ergens naar toe. Je ziet dat het fout is, toch doe je het. Waar komt dat uit voort en wat wil je ermee bereiken?

Wat steeds terug komt...

Mis­schien heb je al wel een fout bij jezelf ontdekt, die steeds weer terug komt. Dat is mooi! Ik bedoel: mooi dat je dat bent gaan zien. Want het is echt heel goed als je patronen bij jezelf gaat herkennen, bij­voor­beeld: als iemand zus of zo rea­geert, klap ik dicht. Van som­mi­ge mensen voel je mis­schien spon­taan een afkeer, of je voelt je juist heel erg tot iemand aange­trok­ken. Die ander is mis­schien heel leuk (of juist niet) maar wat je leuk vindt of niet heeft ook met jezelf, jouw persoon en jouw leven te maken.

Geen deksel op het putje...

Mis­schien denk je nu: weet hij niets gezelli­gers dan te praten over zon­den, over ver­zoe­ning en over wat je is aan­ge­daan? Nou ja, het punt is dat net deze niet zo gezellige en mooie dingen, niet zo vre­se­lijk meer zijn, dat de angel er is uit­ge­haald. De nare dingen zijn er, of ze zijn er geweest en ze zijn geen putjes waar je een deksel op kunt leggen, zodat je er geen last meer van hebt. Beter genezen dan weg­ge­stopt. Dus als je het aankunt: stop het niet weg. Want het kwaad is al overwonnen, het zal jou niet kunnen over­win­nen, het is niet sterker dan Jezus Christus. Laten we proberen te beseffen hoe groot Gods goed­heid en barm­har­tig­heid is. Laat het licht van de barm­har­tige liefde van Jezus over je levensge­schie­de­nis schijnen.

Maria

We lezen het over Maria een paar keer in het evan­ge­lie: Zij overwoog alles en bewaarde het in haar hart. Maria is een reflexief type! Een in­spi­re­rend voor­beeld voor ons. En Maria was “vol van genade”. Zonde en negatieve erva­ringen bepaal­den haar leven niet. Daarom was zij vrij, vrij genoeg om te zeggen: “Mij geschiede naar uw woord”, laat het maar gebeuren zoals U het wilt.

Voor ons is dat best vaak wel moei­lijk omdat we controle willen hebben, het zelf in han­den willen hou­den. Zo’n ant­woord als dat van Maria laat zien dat zij vrij is, verzoend met haar levensge­schie­denis; zij hoeft niet zo nodig alles te kunnen sturen, zij leeft uit­ein­delijk vanuit een diep ver­trouwen, zij kan het laten gebeuren. Haar leven is toch in Gods hand.

Maria zegt niet zo veel in de bijbel. Het langste stuk dat zij zegt is haar lof­lied, het Mag­ni­fi­cat, waarin zij zingt over God die grote dingen aan haar heeft gedaan, over haar eigen klein­heid en over haar dank­baar­heid. Dat wens ik jullie toe: dat je jezelf mag zien in je klein­heid en tege­lijk als overla­den met allemaal mooie cadeaus die God jou heeft gegeven. En mis­schien komt er dan een dag dat je God zelfs kunt danken voor de meest pijn­lijke dingen in je leven.


Fotoserie

Klik op een foto voor een uitvergroting.
Terug