Voorzitter Moslimraad, dominee en bisschop bij vluchtelingen
Bezoek aan Haarlemse Koepel
De Koepel in Haarlem is sinds een maand in gebruik als noodopvang voor vluchtelingen. Op vrijdag 16 oktober bracht ik samen met een vertegenwoordiger van de Protestantse kerk en een vertegenwoordiger van de Moslimgemeenschap een bezoek aan de vluchtelingen die daar verblijven.
Het bezoek was georganiseerd door de heer Ernst Meyknecht, van de dienst caritas van het bisdom Haarlem-Amsterdam; deelnemers waren de predikant van de Grote of St. Bavokerk in Haarlem, ds. Bernard Luttikhuis, namens de Protestantse Kerk uit Haarlem. Dominee Luttikhuis is tevens voorzitter van de Voedselbank Haarlem. Namens de moslim gemeenschap Haarlem nam de heer Mohamed Bhoelan deel, die voorzitter is van de Islamitische Raad Haarlem. Voor de contacten met de vluchtelingen was de aanwezigheid van de katholieke priester Maroun Saliba een grote hulp. Hij is een Arabisch sprekende priester van de katholieke maronitische kerk, afkomstig uit Libanon.
Van de directeur en twee medewerkers van De Koepel kregen we een hartelijk welkom en een inleiding op ons bezoek. De laatste weken zijn voor hen keihard werken geweest om alles georganiseerd te krijgen. De sfeer onder de vluchtelingen is redelijk tot goed, zo vertelden zij, al blijft het altijd moeilijk om de regie over je leven kwijt te zijn, te moeten wachten en afhankelijk te zijn. Een groot deel van de vluchtelingen is Moslim, zo'n twintig procent zijn christenen, waaronder de meeste vluchtelingen uit Eritrea. Zo'n twintig procent zijn vrouwen, die in een eigen vleugel zijn ondergebracht, die voor de mannen verboden terrein is. In Haarlem is er dan ook geen probleem dat vrouwen lastig gevallen worden, zoals dat elders schijnt te zijn waar geen gescheiden opvang mogelijk is.
Tijdens ons bezoek spraken we een heel aantal vluchtelingen, onder wie opeens wel een opvallend groot aantal christen zei te zijn... Voor sommige jonge mannen zijn de maaltijden wat aan de krappe kant, gelukkig krijgt een aantal van hen 'bijvoeding' onder meer door de hulp van een priester, die wekelijks twintig tot dertig mannen opvangt en hun een maaltijd biedt. Sommigen gaven ook aan dringend behoefte te hebben aan kleding en sigaretten (dat laatste leek me iets minder noodzakelijk...). In de Koepel is dagelijks wel medische zorg aanwezig.
De Koepel zit momenteel vol, bijna 400 vluchtelingen verblijven er en wachten op het begin van hun asielprocedure, wat normaal 2-3 weken duurt, maar nu was uitgelopen tot 12-16 weken door de lange wachttijden bij het aanmeldcentrum in Ter Apel. Intussen worden maatregelen genomen, zo vernamen we, om ook in Amsterdam de vluchtelingen te kunnen horen en de procedure te versnellen, want in deze eerste fase is er voor de vluchtelingen "bed, bad en brood", maar geen financiële ondersteuning.
Wat me opviel was dat de directeur en de medewerkers van het COA, de organisatie die de opvang verzorgt, duidelijk hart hebben voor deze mensen en er voor hen het beste van willen maken. Ook de sfeer die we zagen onder de vluchtelingen was hartelijk en tamelijk opgelucht, waarbij we ook begrip aantroffen voor de moeilijke omstandigheden die door de komst van zulke grote aantallen vluchtelingen zijn ontstaan.
Met de COA medewerkers is afgesproken dat we proberen te organiseren dat de vluchtelingen in groepen van ongeveer vijftig worden uitgenodigd voor een rondleiding door de Grote Kerk en moskee en een maaltijd, zo mogelijk bij "Sint Antonius kookt"/"Stem in de stad".
Overigens wordt op allerlei plaatsen in ons bisdom Haarlem-Amsterdam actie ondernomen door parochies, PCI's en andere organisaties om iets te doen voor de vluchtelingen.