Ik nodig U uit om te bidden voor het conclaaf
De homilie van kardinaal Mambert
Woensdag 7 mei begin het conclaaf waarin de kiesgerechtigde kardinalen de nieuwe paus zullen kiezen. Het is een uiterst belangrijk moment niet alleen voor de katholieke kerk, maar voor alle mensen die in de nieuwe paus een goede en trouwe herder hopen te ontmoeten met een vast geloof, liefde voor allen en vooral voor de armen, de zwakken, de lijdenden en de mensen die niet meetellen, een paus die een baken van hoop is, die opkomt voor de vrede en voor rechtvaardigheid.
Het paussschap
De weerklank die het overlijden van paus Franciscus heeft gehad en de meer dan 160 officiëlel delegaties waaronder ruim 50 staatshoofden, die aan de begrafenis hebben deelgenomen, maken weer eens duidelijk welke belangrijke rol de paus in de wereld moet spelen.
Maar allereerst is de paus een man van geloof en van trouw aan de overgeleverde leer van de Kerk, een beginsel van eenheid, herder van de universele kerk.
Kardinaal Mamberti
Afgelopen zondag hield kardinaal Dominique Mamberti de homilie tijdens de laatste Mis van de Novendiales, de negen dagen van gebed voor de overleden paus Franciscus. Kardinaal Mamberti is de kardinaal protodiaken, die naast de paus stond bij de zegen Urbi et Orbi op Paaszondag en die de naam van de nieuwe paus aan de wereld mag aankondigen.
Hij gaat in de preek die U hieronder in een Nederlandse vertaling vindt, in op de geest van aanbidding die paus Franciscus kenmerkte, een uitnodiging zeker om ons die geest eigen te maken, ook nu in voorbereiding op het conclaaf. Graag doe ik een suggestie voor het gebed tijdens deze dagen, waarvoor ik graag inspiratie ontleen aan de voorbede die op rkkerk.nl is gepubliceerd en aansluit bij het verzoek van kardinaal Leo van Toronto om ook het Memorare te bidden
Suggestie van gebed voor het Conclaaf
God onze Vader,
wij bidden U
voor de kardinalen die bijeen zijn
om in het conclaaf de nieuwe paus te kiezen;
geef dat zij, gedragen door het gebed van de gelovigen
en geleid door Uw Heilige Geest,
getuigen zullen zijn van geloof, hoop en liefde
en een nieuwe paus zullen kiezen
als universele herder van de Kerk
die de gelovigen onderricht in de deugd,
hen voorgaat in de liefde voor U
en die - met de hulp van Uw genade -
onze harten vervult met de waarheid van het evangelie.
Onze Vader - Wees Gegroet
Gedenk, o allergoedertierenste Maagd Maria,
dat het nog nooit is gehoord,
dat iemand, die tot U zijn toevlucht nam,
die om Uw hulp kwam smeken
en om Uw bijstand vroeg,
door U in de steek werd gelaten.
Gesterkt door dat vertrouwen kom ik tot U,
o Maagd der Maagden
en kniel hier voor U in mijn armzaligheid en zonde.
O Moeder van het Woord, versmaad mijn woorden niet,
maar luister genadig en wil mij verhoren.
Amen
HOMILIE VAN KARDINAAL DOMINIQUE MAMBERTI, KARDINAAL-PROTODIAKEN IN DE MIS VAN DE NOVENDIALES OP ZONDAG 4 MEI 2025
Edelachtbare Kardinalen,
geachte broeders in het bisschopsambt en in het priesterschap,
geachte broeders en zusters,
De liturgie van het Woord van deze laatste dag van de negendaagse gedachtendienst voor paus Franciscus en van vandaag, de derde zondag van Pasen, en de zojuist voorgelezen bladzijde uit het evangelie van Johannes, tonen ons de ontmoeting van de verrezen Jezus met enkele apostelen en leerlingen aan het meer van Tiberias, die eindigt met de missie die de Heer aan Petrus toevertrouwt en het bevel van Jezus: “Volg mij!”
Deze episode herinnert aan de eerste wonderbaarlijke visvangst, zoals verteld door Lucas, toen Jezus Simon, Jakobus en Johannes riep en Simon aankondigde dat hij visser van mensen zou worden. Vanaf dat moment volgde Petrus hem, soms in onbegrip en zelfs in verraad, maar in de ontmoeting van vandaag, de laatste voor de terugkeer van Christus naar de Vader, krijgt Petrus van hem de taak om Zijn kudde te weiden.
Liefde is het sleutelwoord van deze evangelietekst. De eerste persoon die Jezus herkent is “de leerling die Jezus liefhad”, Johannes, die uitroept: “Het is de Heer!”, en Petrus springt onmiddellijk in het meer om de Meester te bereiken. Nadat ze het voedsel hebben gedeeld, wat in het hart van de apostelen de herinnering aan het laatste avondmaal zal hebben aangewakkerd, begint de dialoog tussen Jezus en Petrus, de drievoudige vraag van de Heer en het drievoudige antwoord van Petrus.
De eerste twee keer gebruikt Jezus het werkwoord 'liefhebben', een sterk woord, terwijl Petrus, zich bewust van zijn verraad, antwoordt met de minder verbindende uitdrukking 'houden van'. De derde keer gebruikt Jezus zelf de uitdrukking 'houden van', zich aanpassend aan de zwakheid van de apostel. Paus Benedictus XVI merkte dit op in zijn commentaar op deze dialoog: 'Simon begrijpt dat Jezus genoeg heeft aan zijn arme liefde, de enige liefde waartoe hij in staat is. (...) Juist deze goddelijke aanpassing geeft hoop aan de leerling, die het lijden van ontrouw heeft gekend. (...) Vanaf die dag 'volgde' Petrus de Meester met het duidelijke besef van zijn eigen kwetsbaarheid, maar dit besef ontmoedigde hem niet. Hij wist namelijk dat hij kon rekenen op de aanwezigheid van de Verrezene aan zijn zijde (...) en zo wijst Hij ook ons de weg”. [1]
In de preek van de mis ter gelegenheid van de 25e verjaardag van zijn pontificaat vertrouwde Johannes Paulus II toe: “Vandaag, beste broeders en zusters, wil ik graag een ervaring met u delen die nu al een kwart eeuw duurt. Elke dag vindt in mijn hart dezelfde dialoog plaats tussen Jezus en Petrus. In de geest richt ik mijn blik op de welwillende blik van de verrezen Christus. Hoewel Hij zich bewust is van mijn menselijke zwakheid, moedigt Hij mij aan om met vertrouwen te antwoorden zoals Petrus: “Heer, U weet alles; U weet dat ik van U houd” ( Joh. 21,17). En dan nodigt Hij mij uit om de verantwoordelijkheid op mij te nemen die Hij mij zelf heeft toevertrouwd.” [2]
Deze missie is de liefde zelf, die zich ten dienste stelt van de Kerk en de hele mensheid. Petrus en de apostelen hebben deze missie onmiddellijk op zich genomen, met de kracht van de Geest die zij met Pinksteren hadden ontvangen, zoals we in de eerste lezing hebben gehoord: “Men moet God meer gehoorzamen dan mensen. De God van onze vaderen heeft Jezus opgewekt, die jullie hebben gedood door hem aan een kruis te hangen. God heeft hem aan zijn rechterhand verheven als hoofd en Verlosser.”
We hebben allemaal bewondering gehad voor de manier waarop paus Franciscus, bezield door de liefde van de Heer en gedragen door Zijn genade, trouw is gebleven aan zijn missie tot het uiterste van zijn krachten. Hij heeft de machtigen gewaarschuwd dat men God moet gehoorzamen in plaats van mensen, en hij heeft de hele mensheid de vreugde van het evangelie verkondigd, de barmhartige Vader, Christus de Verlosser. Hij heeft dit gedaan in zijn leer, in zijn reizen, in zijn gebaren, in zijn levensstijl. Ik was dicht bij hem op Paaszondag, op de loggia van deze basiliek, waar hij de zegen gaf, en ik was getuige van zijn lijden, maar vooral van zijn moed en vastberadenheid om het volk van God tot het einde toe te dienen.
In de tweede lezing, uit het boek Openbaring, hebben we de lofprijzing gehoord die het hele universum richt tot Hem die op de troon zit en tot het Lam: “lofprijzing, eer, glorie en macht, in alle eeuwigheid”. En de vier levende wezens zeiden: “Amen”. En de oudsten wierpen zich neer in aanbidding.
Aanbidding is een essentieel aspect van de missie van de Kerk en van het leven van de gelovigen. Paus Franciscus herinnerde hier vaak aan, bijvoorbeeld in zijn preek voor het feest van Driekoningen vorig jaar: “De drie koningen hebben een hart dat zich in aanbidding neerbuigt. (...) Zij kwamen in Bethlehem aan en toen zij het Kind zagen, ‘wierpen zij zich neer en aanbaden Hem’ ( Mt 2,11). (...) Een koning die gekomen is om ons te dienen, een God die mens is geworden. Voor dit mysterie worden wij geroepen om ons hart en onze knieën te buigen om te aanbidden: God aanbidden die komt in de kleinheid, die woont in de gewoonte van onze huizen, die sterft uit liefde. (...) Broeders en zusters, we zijn de gewoonte van aanbidding kwijtgeraakt, we zijn dit vermogen dat aanbidding ons schenkt kwijtgeraakt. Laten we de smaak van het aanbiddingsgebed herontdekken. (...). Aanbidding ontbreekt vandaag onder ons.” [3]
Dit vermogen dat aanbidding schenkt, was niet moeilijk te herkennen in paus Franciscus. Zijn intense pastorale leven, zijn talloze ontmoetingen, waren gebaseerd op de lange momenten van gebed die de ignatiaanse discipline in hem had gevormd. Hij heeft ons er zo vaak aan herinnerd dat contemplatie “een dynamiek van liefde” is die “ons tot God verheft, niet om ons van de aarde los te maken, maar om ons diep in haar te laten wonen”. [4] En alles wat hij deed, deed hij onder het toeziend oog van Maria. Zijn 126 bezoeken aan de Salus Populi Romani zullen ons in ons geheugen en in ons hart blijven. Nu hij rust naast de geliefde beeltenis, vertrouwen wij hem met dankbaarheid en vertrouwen toe aan de voorspraak van de Moeder van de Heer en onze Moeder.