Arsacal
button
button
button
button


Kardinaal Parolin bij H. Mis voor 750 jaar Amsterdam

'We hebben de kracht van de Geest gevoeld in het conclaaf'

Overweging Preek - gepubliceerd: zondag, 25 mei 2025 - 1937 woorden
Kardinaal Parolin bij H. Mis voor 750 jaar Amsterdam
Met 1e kamervooorzitter prof. J.A. Bruijn
Met 1e kamervooorzitter prof. J.A. Bruijn
Met de secretaris-generaal van de bisschoppenconferentie, mw. A. van der Kamp
Met de secretaris-generaal van de bisschoppenconferentie, mw. A. van der Kamp

Zondag­och­tend 25 mei heeft kar­di­naal Pietro Parolin, staats­secre­taris van paus Leo XIV, de Eucha­ris­tie gevierd in de coka­the­drale basiliek van Sint Nicolaas in Am­ster­dam. Na afloop was er een geanimeerde receptie, maar ook in de coka­the­draal bena­der­den veel mensen de kar­di­naal. Hier­on­der de Neder­landse vertaling van de homilie van Zijne Eminentie kar­di­naal Parolin. (Foto's toe­ge­voegd maan­dag 26 mei)

De Eucha­ris­tie­vie­ring is nog te zien op:
Eucha­ris­tie­vie­ring | NPO Start

Bij de Eucha­ris­tie­vie­ring was de burge­mees­ter van Am­ster­dam, mw. Femke Halsema, evenals de voor­zit­ter van de eerste kamer, prof. Jan Anthonie Bruijn, de staats­secre­taris voor rechtsbescher­ming mr. Teun Struycken, de heer Ed Nijpels, ver­schil­lende am­bas­sa­deurs en kamerle­den en vele andere gelo­vi­gen.

Bij de Eucha­ris­tie­vie­ring droeg de kar­di­naal het kazuifel met het wapen van Am­ster­dam en een prach­tig uit­beel­ding van het mirakel van Am­ster­dam (zie foto's).

De receptie na de Eucha­ris­tie­vie­ring was druk en geanimeerd. Behalve de prominente gasten uit over­heid, poli­tiek en diplo­ma­tieke dienst, waren er de nieuw gedoopte jon­ge­ren. De foto's geven er een klein beetje een beeld van.

Goede bodem zijn voor de Geest

Homilie

Basiliek-Ka­the­draal S. Nicolaas, Am­ster­dam

25 mei 2025

“Als iemand mij liefheeft, zal hij mijn woord onder­hou­den; mijn Vader zal hem lief­heb­ben en wij zullen tot hem komen en verblijf bij hem nemen”.

Excellentie Mgr. Hendriks, bis­schop van Haar­lem-Am­ster­dam,
broe­ders in het bis­schops­ambt en in het pries­ter­schap,
hooggeachte autori­teiten,
dier­ba­re gelo­vi­gen,

De woor­den van Jezus die we zojuist hebben gehoord, verlichten deze zesde zon­dag van Pasen en lei­den ons binnen in de diepte van het mysterie van Gods inwo­ning in onze zielen, die alleen kan wor­den verwezen­lijkt als de gelo­vi­ge het Woord van Christus koestert en on­der­houdt.

Shema

1. Het Woord van God moet een centrale plaats innemen in ons leven, want geloof begint met luis­te­ren: “Shema Israël”, “Luister, Israël” (Deut 6,4). Alleen zo kunnen we tot de gelo­vi­ge belij­denis komen dat “de Heer, onze God, de enige Heer is”! Het luis­te­ren naar het Woord van God moet in ons leven de absolute voorrang hebben, net als in het leven van de Kerk. Wij zijn immers allemaal zonen en dochters van dit Woord, dat ons heeft voort­ge­bracht. Hoe meer het on­der­richt van Jezus ons hart door­dringt en ons denken vormt, hoe meer zijn Aanwe­zig­heid in ons levend wordt: “Het Woord is vlees gewor­den en heeft onder ons gewoond” (Joh. 1,14)! In wezen is de geloofsweg die wij als chris­te­nen ge­roe­pen zijn te gaan, gewor­teld in de bid­dende ont­vanke­lijk­heid voor het Woord van God.

Bodem

Denk aan de parabel van de zaaier, die een centraal punt vormt in de leer van Jezus (cf. Mc. 4,13-20). Met deze parabel wil Hij ons de centrale plaats van het Woord van God doen begrijpen, dat als zaad in overvloed door de zaaier wordt uitgestrooid en vrucht zal dragen in ver­hou­ding tot de ont­vanke­lijk­heid van de "bodem", die het hart en de geest van de mens sym­bo­li­seert.

Woord van God

2. De Han­de­lin­gen van de Apos­te­len, die we in deze paas­tijd lezen, be­schrij­ven het leven van de eerste chris­te­lijke ge­meen­schappen en ver­tellen hoe het Woord van God, gepredikt door de apos­te­len na de ver­rij­ze­nis van Jezus, heeft geleid tot het ontstaan en de groei van deze chris­te­lijke ge­meen­schappen. De apos­te­len besluiten zich hierop te concentreren: “Het is niet juist dat wij het woord van God vero­nacht­za­men om ons met het bedienen van de tafels bezig te hou­den... Wij zullen ons wij­den aan het gebed en de bedie­ning van het Woord” (Hand. 6,2.4).

Een tegen­ge­stelde bood­schap

Helaas, net als tij­dens de predi­king van de Heer Jezus, stellen de kin­de­ren van de duisternis tegen­over deze ver­kon­di­ging van het Woord van de waar­heid een tegen­ge­stelde bood­schap, die ver­war­ring zaait onder de gelo­vi­gen en twijfel en ondui­de­lijk­heid veroor­zaakt, zoals we lezen in de eerste lezing van vandaag. Hoeveel “woor­den die de gemoe­de­ren hebben verontrust” (Hand. 15,24) zijn er ook in onze tijd, niet zel­den zelfs binnen onze ker­ke­lijke ge­meen­schappen!

Ontwapenen

Tijdens een recente ont­moe­ting heeft de Heilige Vader Leo XIV de ver­te­gen­woor­digers van de media aangespoord om een einde te maken aan “de oorlog van woor­den en beel­den” en, in navol­ging van de oproep van paus Fran­cis­cus, herhaald dat we woor­den moeten “ont­wa­penen” om bij te dragen aan de “ont­wa­pening van de aarde” (Ont­moe­ting met de ver­te­gen­woor­digers van de media in Rome bijeen geko­men voor het conclaaf, 12 mei 2025).

De eeuwige verlei­ding

Broe­ders en zusters, hoe­zeer zou­den wij moeten voelen hoe nodig het Evan­ge­lie is dat, als Woord van God, verwezen­lijkt wat het verkon­digt, want wanneer God spreekt, schept Hij! Maar ook Hij heeft ons geloof nodig, dat niet op­per­vlak­kig mag zijn, maar moet voort­ko­men uit het diepst van ons hart, dat open­staat om het Woord van God in het dage­lijks leven na te leven. Het is de eeuwige verlei­ding voor een gelo­vi­ge om aan de opper­vlak­te te blijven, niet na te denken over de waar­heid en de zin van het leven, zich niet te laten vormen door het Woord van leven dat in de Heilige Schrift is vervat, het te willen on­der­wer­pen en manipuleren, zich niet daaraan aan te passen maar zich aan de wereld aan te passen.

“Bekeert u en gelooft in het evan­ge­lie” (Mc 1,15), de Heer Jezus vraagt van ons alléén beke­ring tot dit Woord, met de kin­der­lijke ver­trouwens­volle overgave van het hart, want al het andere zal Hij zelf doen door de wer­king van de Heilige Geest in ons.

De kracht van de Geest

De apos­to­lische lei­ders van de eerste chris­te­lijke ge­meen­schap hebben, zoals de Han­de­lin­gen van de Apos­te­len ons getuigen, zo krach­tig de wer­king en lei­ding van de Geest ervaren dat zij uit­druk­ke­lijk hebben verklaard, zoals wij zojuist hebben gehoord: “de Heilige Geest en wij hebben besloten” (Hand. 15,28). We kunnen ons niet eens voor­stel­len hoe groot de ver­an­de­rende kracht van de Geest is; we kunnen die echter wel enigszins ervaren als we, net als de apos­te­len, ons hart openstellen voor het Woord van de Heer en op Hem ver­trouwen.

Het conclaaf

Ontel­ba­re keren heeft Hij zich laten horen in de Kerk, in kleine en grote sa­men­komsten van gelo­vi­gen die in de naam van Jezus bijeen waren geko­men en die, net als de apos­te­len in het Cenakel in Jeru­za­lem, eens­ge­zind met Maria om Zijn komst smeekten. Ook wij kar­di­na­len hebben dit ervaren, toen we in conclaaf bijeen waren: deze zachte en lichte adem van de Geest die ons begeleidde bij de verkie­zing van paus Leo XIV, op 8 mei jongst­le­den, dag van de smeek­bede tot Onze-Lieve-Vrouw van Pompeï!

“De Helper, de Heilige Geest, die de Vader in mijn naam zal zen­den, Hij zal u alles leren en u alles in her­in­ne­ring brengen wat ik u heb gezegd”.

Niet blijven steken

We moeten echter erkennen dat, net als bij de eerste leer­lin­gen, ook in onze ge­meen­schappen vaak moeite wordt gedaan om ver­trouwd te raken met de Heilige Geest. Soms lijkt het alsof onze wegen van geloof niet tot het mysterie van Pink­ste­ren lei­den, maar onderweg blijven steken bij de dood en ver­rij­ze­nis van Christus, alsof deze verlossende gebeur­te­nissen geen ver­band hou­den met de gave van de Helper, de Paracleet. Hoe vaak komen we niet op het hoog­feest van Pink­ste­ren, mis­schien niet helemaal onvoor­be­reid, maar wel zon­der die vurige ver­wach­ting die in het hart van de eerste chris­te­lijke ge­meen­schappen leefde; hoe vaak wordt Pink­ste­ren, nadat we het li­tur­gisch hebben gevierd, ver­der vergeten!

Zonder God?

Is dit niet een van de be­lang­rijk­ste oor­zaken waarom het chris­ten­dom in niet weinig regio's van de wereld, te beginnen met ons geliefde Europa, aan belang inboet? Wij stellen name­lijk met pijn vast dat, gelijk opgaand met de seculari­sa­tie, ook het verlies van het chris­te­lijke per­spec­tief gestaag voortschrijdt in de samen­le­ving, alsof de wereld, naarmate zij vol­was­se­ner wordt, zon­der God en het evan­ge­lie kan. We zien dit bijna 'plas­tisch' in de slui­ting van zoveel kerken, die ooit vol gelo­vi­gen waren en nu bijna verlaten zijn.

Gebed om de gave

Toch moeten we ook vandaag de dag bekennen dat 'de arm van de Heer niet is verkort' (Num 11,23), dat de Geest van God zijn macht om in de ge­schie­de­nis en in het leven van de mensen in te grijpen niet heeft verloren; maar we moeten erkennen dat het in onze kerken moeite kost om 'bid­dende ge­meen­schappen' te vormen die juist in de belij­denis van de naam van Jezus en in het gebed om de gave van de heilige Geest te ont­van­gen, hun reden van bestaan vin­den.

Nieuwe geboorte

3. Het boek van de Apocalyps dat we in deze paas­tijd lezen, helpt ons de bete­ke­nis van de tijd waarin we leven te in­ter­pre­te­ren met een spi­ri­tu­ele blik, gericht, zoals de tweede lezing ons open­baart, op het geofferde en verrezen Lam, dat als een lamp verlicht: “Hij is het die ons heeft bevrijd uit de macht van de duisternis en ons heeft over­ge­bracht naar het ko­nink­rijk van zijn geliefde Zoon” (Kol. 1, 13). Dit is de nieuwe geboorte (cf. Joh. 6, 63) die de Heilige Geest in ons bewerkt telkens wanneer we ons openstellen voor zijn Woord, dat vlees en bloed wordt in elke eucha­ris­tie­vie­ring.

Het grote sacra­ment

Deze wer­ke­lijke te­gen­woor­dig­heid van Christus in de Eucha­ris­tie wil ons veroveren om ons tot de zijnen te maken, ons aan Hem gelijk­vormig te maken. Hij wil in ons werken, het is zijn Hart dat in het onze wil kloppen, om zich ver­vol­gens, als het ware, ad extra te schenken. Wij zijn name­lijk ge­roe­pen om de Heer aan anderen te geven en niet ons­zelf, zoals paus Leo XIV ons in zijn eerste preek heeft herinnerd: “Ver­dwij­nen opdat Christus blijft, zich klein maken opdat Hij gekend en verheer­lijkt wordt (cf. Joh. 3,30), zich volle­dig geven opdat niemand de kans ontgaat Hem te kennen en lief te hebben” (Preek van 9 mei 2025).

Ook vandaag, in deze heilige tempel, vieren we de Eucha­ris­tie, “het grote sacra­ment”, als een daad van aanbid­ding en deelname aan het leven van Jezus. Ik voel me bevoor­recht om dit samen met u te vieren, allen verenigd met de nieuwe Herder van de uni­ver­se­le Kerk, en ik breng u zijn apos­to­lische zegen.

Het jubileum van de stad

De gelegen­heid van het jubileum van 750 jaar sinds de stich­ting van de stad Am­ster­dam en de verhef­fing van deze basiliek tot co-ka­the­draal nodigt ons uit om een bij­zon­der dank­ge­bed tot de hemel te richten. Niet ieder­een weet dat het juist een eucha­ris­tisch won­der was, dat in 1345 in Am­ster­dam plaatsvond, dat in hoge mate heeft bij­ge­dragen aan de opkomst van de stad!

De maagd Maria

Staat u mij toe om af te sluiten met een gedachte aan de Maagd Maria. Zij had geen enkele hië­rar­chische rol in de ge­meen­schap van Jeru­za­lem en later in die van Efeze, maar zij straalde en straalt nog steeds de aanwe­zig­heid van Christus uit over de hele Kerk, dankzij haar onlosmake­lijke ver­bon­den­heid met haar Zoon en het verlos­sings­werk dat Hij heeft volbracht. Ik wil haar samen met u aan­roe­pen met een titel die het belang van luis­te­ren goed uitdrukt, name­lijk “Maagd van de Stilte”. Wij kunnen van haar, van haar onuitspreke­lijke nede­rig­heid, leren om stil te zijn over ons­zelf, stil te zijn in ons oor­deel over anderen en vooral stil te zijn voor de Heer, opdat Hij tot ons spreekt. Met ver­trouwen wen­den wij ons tot haar, in een geest van ver­trouwens­volle overgave, om de intenties van de Heilige Vader, van deze mooie lokale Kerk en van ieder van ons in haar Hart te leggen, opdat ook in dit edele Neder­land steeds meer de verlossende kracht van Jezus voor alle schepselen zicht­baar wordt, tot lof en eer van de Vader, in de Heilige Geest.

Amen.

post deze webpagina op: Facebook X / Twitter

Fotoserie

Klik op een foto voor een uitvergroting.
Terug