Arsacal
button
button
button
button


Een woord met gezag. Maar hoe weet je of het van God komt?

Die relschoppers waren niet allemaal per se slechte jongens

Overweging Preek - gepubliceerd: zondag, 31 januari 2021 - 1024 woorden
Jezus Christus, boven de uitgang van de kathedraal
Jezus Christus, boven de uitgang van de kathedraal
Een woord met gezag. Maar hoe weet je of het van God komt?

Vaak horen we woor­den of hebben we erva­ringen die ons weinig of niets zeggen, het ene oor in, het andere uit, maar soms laat een woord, een erva­ring ons niet meer los. Maar hoe weet je of het van God komt? Het is niet zo dat wie het hardste schreeuwt ons het meest te zeggen heeft. Op de vierde zon­dag door het jaar ston­den we stil bij het "woord met gezag" en het geschreeuw van de onreine geest.

De Eucha­ris­tie­vie­ring was in de ka­the­draal en is nog te volgen via ‘Ka­the­draal TV’ (knop hiernaast). Het evan­ge­lie was Mc. 1, 21-28 (1e lezing Dt. 18, 15-20; 2e lezing 1 Kor. 7, 32-35).

Homilie

Een woord met gezag

Wat maakt het veel uit
niet alleen hoe iets gezegd wordt,
maar ook hoe het ont­van­gen wordt.
Dat noemde ik vorige week al even.

Hoe het over­komt

Soms zeggen mensen iets
wat totaal niet goed over­komt
omdat de woor­den die wor­den gebruikt
een nega­tief gevoel bij de ander oproepen,
bij­voor­beeld omdat die alleen
als een aanmer­king of een afwij­zing
wor­den ervaren
en niet als een uiting van liefde.

Meer dan alleen wat gezegd wordt...

En soms spelen
onze eigen gevoelens en emoties mee
in wat we zeggen;
dan kunnen we nog zo denken
dat we het netjes en goed
onder woor­den hebben gebracht,
maar die ander krijgt vooral
die onder­lig­gende emotie mee,
ook al wordt die niet uit­ge­spro­ken;
dat geldt ook andersom:
als iemand
een onge­luk­kige uitdruk­king gebruikt,
maar we ervaren de harte­lijk­heid en liefde
van die persoon,
we zijn overtuigd van z’n goede intenties,
dan is die onge­luk­kige opmer­king
niet zo’n probleem in het contact.
Soms ervaren we iets als kwetsend
terwijl we dat niet zou­den hebben
als die woor­den door een ander waren gezegd.
En de woor­den van de één
maken veel meer indruk
dan de woor­den van een ander.

Mensen horen dus niet alleen de woor­den,
ze voelen ook iets aan
van het gevoel dat erachter ligt,
van het gewicht van de bood­schap,
enzo­voorts.

Geraakt door het evan­ge­lie

Zo vergaat het ons ook
bij de woor­den van het evan­ge­lie.
Wat doet de bood­schap van het evan­ge­lie met ons?

Antonius kwam in de kerk
en hoorde het evan­ge­lie lezen
over de rijke jonge man:
“Verkoop wat je bezit,
geef het aan de armen
en kom dan terug
om mij te volgen”,
zegt Jezus daar (Mc. 10, 21).
Die woor­den sloegen bij hem in
als de bliksem.
Hij voelde: dit is voor mij bedoeld,
ík moet dat doen,
ík ben die rijke jonge man.
Hij verkocht alles
en werd monnik in de woes­tijn:
Antonius Abt.

Een erva­ring, in­spi­ra­tie...

Dat hoeft niet eens een woord te zijn
wat tot ons wordt ge­spro­ken,
het kan ook iets zijn wat we meemaken,
iets wat we zien of beleven.

Moeder Teresa had al vele jaren
de armen in Calcutta gezien,
maar op een dag zat zij in de trein
op weg naar haar retraite
toen het kwartje viel
en zij de in­spi­ra­tie kreeg
dat zij haar klooster moest verlaten
om zich in dienst te stellen
van de armsten van de armen.
Die in­spi­ra­tie verdiepte zich
in de gebeds­da­gen van de retraite.
Het kwam uit de hemel, deze in­spi­ra­tie
en zij voelde aan:
dit was voor haar, dit moest zij doen,
een inner­lijk moeten was dat.
De Heer had het haar inge­ge­ven met gezag.

Zo kunnen er zinnen en woor­den zijn,
maar ook erva­ringen en beel­den
die ons hart raken,
waar­van we ten diepste ervaren:
Hier moet ik iets mee doen.

Is het wel van de goede Geest?

Maar hoe weten we dan
dat het de stem van de Heer is
of een in­spi­ra­tie die van Hem komt?
Hoe weten we dat het van God komt
wat je ervaart?
Want er is ook de stem van de onreine geest,
die we vandaag net zo goed
in het evan­ge­lie tegen komen:
die stem schreeuwt daar luid,
eist alle aan­dacht op,
totdat Jezus zegt:
“Zwijg stil en ga uit hem weg”.

Onder de schijn van het goede

Die onreine geest kan zelfs
- dat zien we hier -
heel “dubbel” zijn,
met kwaad onder de schijn van iets goeds:
in het evan­ge­lie hoor­den we vandaag
die onreine geest furieus roepen
dat Jezus de heilige Gods is;
dat weet hij dus
maar tege­lijk wil die daar niets mee,
hij wil niet
dat Jezus zich met hem bemoeit,
niet dienen, niet gehoor­za­men.

Wat roept de onreine geest?

Dat is nog steeds
wat de onreine geest in ons roept;
die leert ons zeggen: “Ik, ik, ik”,
ik wil mijn eigen gang gaan,
niet dienend, maar vrij,
voor mij­zelf, niet voor de ander
en zeker niet voor God.
Hij kan soms iets zeggen
dat mooi lijkt,
maar dat zijn woor­den, geen daden.
Die stem van de onreine geest
is de stem van het “ik” op de troon gezet.
Je moet soms aan verlei­dingen kunnen weerstaan
om het goede te kunnen doen
en om aan te voelen
welke weg God je wilt wijzen.

Relschoppers

De relschoppers van afgelopen week
waren vast niet perse allemaal slechte jongens,
maar in een bepaalde situatie
krijgt toch ineens die evil spirit
vat op hen.

De stem van de Heer horen

Hoe kunnen we het woord en de in­spi­ra­tie
van de Heer
goed verstaan
en goed oppakken?

Je moet ruimte maken
in je geest en in je hart,
niet te vast zitten in de eigen verlangens;
dingen loslaten en vooral het “ik”;
en de stilte zal ons helpen.
Als we onze eigen gedachten
kunnen laten rusten,
luis­te­ren en inner­lijk stil zijn,
zal de Heer ook tot ons hart
iets zeggen,
bij­voor­beeld wanneer we
de woor­den van het evan­ge­lie
voor ons­zelf over­we­gen.

Gezag­vol

Als Jezus sprak
voel­den de mensen
de kracht die achter de woor­den zat,
dat hoor­den we
in het evan­ge­lie van vandaag:
“Hij on­der­richtte hen niet
zoals de schrift­ge­leer­den
maar als iemand die gezag bezat”.
De mensen waren geraakt, ver­baasd,
zelfs buiten zich­zelf,
zij voel­den aan
dat de woor­den van Jezus
iets te zeggen had­den,
gezag­vol waren.
De mensen voel­den aan
dat het echt was en wáár
wat Jezus had te zeggen:
“Een nieuwe leer met gezag”.

Ruimte geven

Zo gaat het ook met ons
en ons leven wordt goed en mooi
wanneer we inner­lijk vrij wor­den
en die stem van de Heer
- die dus ook in een beeld,
een in­spi­ra­tie, een inge­ving
tot ons kan komen -
ruimte geven
en het pad volgen
dat ons daarin gewezen wordt.

Terug