Arsacal
button
button
button
button


Sommigen echter twijfelden....

Hoogfeest van Sint Willibrord

Overweging Preek - gepubliceerd: woensdag, 8 november 2023 - 920 woorden
St. Willibrordkapel
St. Willibrordkapel

Op het Hoog­feest van Sint Wil­li­brord vier­den we de heilige Mis in de ka­the­draal waar ook de se­mi­na­risten bij aanwe­zig waren. We lazen het evan­ge­lie van Matte"{us (28, 16-20) waarin staat dat som­mi­ge leer­lin­gen twijfel­den, nog bij de ont­moe­ting na Jezus' ver­rij­ze­nis in Galilea.. Daar ston­den we bij stil in de homilie.

Sint Wil­li­brord die in 690 als mis­sio­na­ris naar ons land kwam en bijna vijf­tig jaar in onze streken heeft gewoond en gewerkt, is patroon van ons bisdom, van het semi­na­rie en van de kerk­pro­vin­cie. Hij wordt beschouwd als de eerste bis­schop van Utrecht.

In de ka­the­draal is een speciale kapel, gewijd aan Sint Wil­li­brord en zijn missie­werk, met relieken van de heilige (zie foto0.

Geloof: soms wordt het op de proef gesteld, soms wordt het beves­tigd

HOOGFEEST VAN DE H. WILLIBRORD,

patroon van ons bisdom en van de Utrechtse kerk­pro­vin­cie.

Was het niet goed?

Denk niet dat God U niet meer mag
omdat U dit of dat mis­schien niet goed genoeg
zou hebben gedaan.
Som­mi­ge mensen hebben ergens een onmacht gevoeld
om iets te doen zoals het eigen­lijk zou moeten,
het lukte niet
of ze zijn er zwak in geweest.

Afgewezen

Mensen zijn soms boos op God
omdat ze denken dat Hij hen straft
voor iets dat ze in hun leven hebben gedaan;
en soms zijn ze het daar dan niet mee eens.
Ze voelen zich niet geac­cep­teerd
en verwijten dat aan de kerk, aan God.
Maar is dat wel zo?
Of zitten ze mis­schien op een ver­keerd spoor?

Is God een straffende God?

God rea­geert niet met een straf
die voor hen is bedacht.
We moeten proberen
de moei­lijke dingen die ons over­ko­men
niet als een straf te zien,
die ons wordt opgelegd.
Het is niet zo dat God iets tegen U heeft,
als U iets over­komt.
Het is waar dat U deelt
in de gevolgen van het kwaad
dat door men­se­lijke zwak­heid
zo in deze wereld is door­ge­dron­gen.
En het is ook waar dat het kwade
niet al te eer­lijk lijkt ver­deeld,
al kunnen we ons daar soms ook heel erg in vergissen.

Als we het kwade als een straf zien
die voor ons is bedacht,
kan de reactie zijn
dat we het "moeten" verwerpen,
boos zijn omdat er van God of de Kerk
allerlei dingen moeten,
die je in de praktijk
niet doet
of niet goed kunt verwezen­lijken.
Maar dan zitten we eigen­lijk niet op een goed spoor.

Regels

Want die reactie is niet altijd reëel,
want iedere mens weet en voelt
dat er regels nodig zijn;
dat we zelf allemaal bepaalde regels stellen
en verlangen dat anderen om ons heen
bepaalde regels onder­hou­den.
Zou God wer­ke­lijk een Persoon kunnen zijn,
iemand met wie je kunt spreken,
van wie je kunt hou­den,
ten opzichte van wie je dank­baar kunt zijn,
als Hij niet ook iets van je vroeg?
Net als een vader en moe­der in een gezin
ten opzichte van hun kin­de­ren,
wil Hij ook iets van ons.
Vraagt Hij te veel?
Eigen­lijk na­tuur­lijk niet:
God heeft ons alles gegeven,
we hebben niets uit ons zelf;
wij zijn gewoon geen heer en meester
over ons eigen leven.
God mag en kan in feite alles vragen.
Maar soms voelen we iets wel als te veel.
Hoe kan Hij dat nu van mij vragen?
Of: Ik kan dat niet vol­bren­gen.

Niet het onmoge­lijke

God vraagt nooit het onmoge­lijke van U;
Hij vraagt dat U Uw best doet, zeker,
en Hij kent alle gedachten van uw hart,
al uw vragen en zorgen,
uw pijn en uw angsten,
uw klein­heid en onmacht.
Hij weet dat je soms
als mens een weg zult moeten gaan
en een ont­wik­ke­ling moet doormaken
om iets te kunnen.
Denk er bij­voor­beeld maar aan
hoe uzelf als persoon
in de loop van de jaren
ver­der ont­wik­keld bent,
anders in het leven bent komen te staan.
Soms zijn we ergens nog niet goed aan toe.
Maar hoe dan ook:
Hij houdt van U.
Zeg het maar hon­derd­dui­zend keren tegen Uzelf:
God houdt van mij.
Altijd.
God houdt van ons,
zoals we zijn,
met al onze zwakke kanten.

Onze vragen

"Ja maar waarom gebeurt me dan dit
en waarom dan dat?"
Geloven is een stap van ver­trouwen.
Mis­schien dat als U die stap steeds weer opnieuw
probeert te zetten,
U iets van het ant­woord
op die vraag kunt vermoe­den.
Maar niemand kan U dat ant­woord voorrekenen,
zo werkt dat niet.
Er zullen altijd dingen, gebeur­te­nissen zijn en blijven
die ons geloof aanvechten.
Daarom is het ook geloof.
Maar er zijn tege­lijk ook tal­loze omstan­dig­he­den en voor­val­len
die ons geloof beves­tigen.

Die laatste keer...

Ook de leer­lin­gen van Jezus had­den hiermee te maken.
Het is in het Matteüs-evan­ge­lie de laatste ver­schij­ning van Jezus,
waarover we in het evan­ge­lie hebben gehoord,
vlak voor Hij ten hemel wordt opgeno­men.
Wat doe je als je Hem ziet?
Zet je dan een stap van ver­trouwen in zijn liefde,
van ver­trouwen dat Hij altijd bij je is?
De leer­lin­gen had­den veel mee­ge­maakt.
Ze waren beves­tigd in hun geloof in Jezus
door zijn woor­den en zijn won­de­ren,
ze had­den de verrezen Heer ontmoet.
Maar ze waren ook op de proef gesteld
doordat hun meester en aan­voer­der
zo gruwe­lijk moest lij­den;
en ook hun eigen leven liep gevaar.
En dan staat er:
"Toen zij Hem zagen,
wierpen ze zich in aanbid­ding neer;
som­mi­gen echter twijfel­den".

Bemoe­diging

Is dat eigen­lijk niet bemoe­digend voor ons?
Ook de leer­lin­gen had­den er moeite mee
zich aan Hem toe te ver­trouwen.
En toch zegt Hij dan, ook tot hen:
"Ziet, ik ben met U alle dagen
- ook op die zwarte, die donkere dagen,
ook op die dag met die straf -
tot aan de volein­ding der wereld.
AMEN.

Terug